6 Hoe ziet het inkoopproces er uit?

Pragaaf

Vraag

Antwoord

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

Op pagina 37 geeft u het tijdspad weer. Gedurende het jaar hanteert het zorgkantoor een aantal uitvragen (denk aan prognoses etc.). Is het mogelijk om deze toe te voegen aan het tijdspad? Zo weten aanbieders gedurende het jaar beter wat er van hen wordt verwacht en kan hierop worden ingespeeld. En wat betreft deze uitvragen vragen we ook aandacht voor de administratieve last. Vaak worden gegevens opgevraagd die al bij het zorgkantoor bekend zijn of eerder al zijn uitgevraagd.

Het Tijdspad in het Zorginkoopdocument is specifiek gericht op de zorginkoopprocedure.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

"Zorgkantoren hanteren verschillende vervaltermijnen voor het indienen van bezwaar bij het zorgkantoor en het aanhangig maken van een kort geding. Dit maakt het onnodig complex voor zorgaanbieders die zorg leveren in zorgkantoorregio’s van verschillende Wlz-uitvoerders. Wij verzoeken u deze vervaltermijnen voor alle zorgkantoren te uniformeren zodat zorgaanbieders duidelijkheid hebben en het proces niet onnodig ingewikkeld wordt gemaakt. Bent u daartoe bereid? Zo nee, waarom niet?"

Evenals voorgaande jaren volgen de zorgkantoren hierin hun eigen procedures en hanteren zij hun eigen termijnen. Vooralsnog zal dat zo blijven.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

(2) CZ Zorgkantoren hanteert een tijdpad voor het inkoopproces 2024. De termijn van 15 dagen om vragen te stellen en/of bezwaar te maken over het inkoopbeleid ten behoeve van onder andere de Nota van Inlichtingen is zeer kort. Op basis waarvan is besloten deze termijn te verkorten?

Voor het stellen van vragen volgen wij in het tijdspad de termijn die door ZN in gezamenlijkheid is vastgesteld. Voor wat betreft de bezwaarclausule verwijzen wij u naar onze rechtsmiddelenclausule in paragraaf 7.4 van het Zorginkoopdocument. Deze wijkt niet af van afgelopen jaren.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

(a) Hoe gaat het Zorgkantoor om met fusie-plannen die zich (mogelijk) voltrekken tijdens de contracteringsperiode 2024-2026? Dit heeft voor de betreffende organisaties impact op (bijna) alle onderdelen van het Zorginkoopdocument, van het inschrijven tot en met sluiten van de overeenkomst, het maken van voorstellen voor free proposal en het daarbij behorende strategisch veranderplan.

Wij verzoeken u om hierover tijdig met uw zorginkoper in gesprek te gaan.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

In een noot onder het tijdspad geeft u aan dat alleen binnen 20 dagen na publicatie van de mogelijkheid bestaat om een kortgeding aan te spannen. Dit is o.i. onjuist. Wij behouden ons het recht voor om op elk moment in de procedure een kortgeding op te starten als wij menen daar gegronde reden toe te hebben.

De procedure voor kort geding staat beschreven in het Inkoopdocument en de toelichting daarop in de Nota van Inlichtingen.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

In het document wordt genoemd dat 20 kalenderdagen na 1 juni geen bezwaar/ kort geding meer mag worden aangespannen tegen het document. Op dat moment is de Nota van Inlichtingen echter nog niet bekend. Deze wordt namelijk uiterlijk 30 juni gepubliceerd. We hebben daarom bezwaar tegen deze termijn en vragen u de termijn te verlengen.

De rechtsmiddelclausule uit paragraaf 7.4 en de daarvan deel uitmakende vervaltermijn is gebaseerd op het rechtszekerheidsbeginsel. Bij de inkoopprocedure zijn de belangen van zorgaanbieders betrokken die aan de procedure deelnemen of overwegen dat te doen. Het is in aller belang dat degene die bezwaren heeft tegen een document dat bekend gemaakt is in het kader van de inkoopprocedure, tegen dat document kan opkomen als hij meent in zijn belangen te zijn getroffen. Om die reden bestaat de mogelijkheid tegen ieder document op te komen door binnen 20 dagen na bekendmaking ervan een schriftelijk bezwaar in te dienen. Het gevolg daarvan is dat de vervaltermijn geen effect heeft. Een schriftelijk bezwaar moet gemotiveerd zijn en kan worden ingediend op de door CZ zorgkantoor aangegeven wijze. Een bezwaar schorst de inkoopprocedure niet en verandert de inkoopprocedure ook niet op de door de bezwaarmaker gewenste wijze. Als een partij meent een spoedeisend belang te hebben bij een ingreep in de inkoopprocedure, dan zal die partij een kort geding moeten aanspannen. Ook dat moet binnen 20 dagen na bekendmaking van een document. De vraag is vervolgens hoe om te gaan met besluiten die een toelichting bevatten op een eerder bekend gemaakt document of die een eerder besluit wijzigen. Dit speelt in ieder geval bij de inkoopdocumenten en de daarop volgende Nota van Inlichtingen en/of een Nota van Wijziging. Indien een partij zich niet kan verenigen met het Zorginkoopdocument, dient daartegen binnen 20 dagen na bekendmaking schriftelijk bezwaar te worden gemaakt. Wie dat nalaat, verliest de mogelijkheid zijn grieven tegen het Inkoopdocument aan de orde te stellen. Of er op dat moment reden is een kort geding aan te spannen, dient de betrokken partij te beoordelen aan de hand van de eis van spoedeisend belang. Als met de Nota van Inlichtingen niet tegemoetgekomen wordt aan de bezwaren, zal ook tegen de Nota van Inlichtingen bezwaar moeten worden gemaakt. Omdat met het bezwaar tegen het Zorginkoopdocument de vervaltermijn niet in werking is getreden, kunnen in dat bezwaar ook de grieven tegen het Zorginkoopdocument aan de orde worden gesteld. Als de betrokken partij een spoedeisend belang heeft, kan hij in kort geding opkomen tegen de Nota van Inlichtingen en ook in die procedure zijn grieven tegen het Zorginkoopdocument betrekken en daarmee het Zorginkoopdocument.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

Kunt u ons, bij voorrang op de beantwoording van de overige vragen en uiterlijk op 16 juni bevestigen dat wij tot twintig kalenderdagen na publicatie van de Nota van Inlichtingen een kortgeding aanhangig kunnen maken tegen de landelijke visie, het regionaal zorginkoopdocument en de daarbij behorende bijlagen?

De procedure voor bezwaar en kort geding staat beschreven in het Inkoopdocument en de toelichting daarop in de Nota van Inlichtingen.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

"Na bestudering van uw inkoopdocumenten constateren wij dat onze vragen pas op 30 juni 2023 worden beantwoord. Het is voor ons van groot belang kennis te nemen van uw antwoorden alvorens wij besluiten een kort geding aanhangig te maken. Echter de kortgeding procedure dient opgestart te worden voordat de nota van inlichtingen is gepubliceerd. Hiermee kunnen wij natuurlijk niet akkoord gaan, op onvolledige en niet tijdige informatie kunnen wij zo’n majeure keuze niet maken. Daarom maken wij hier tegen bezwaar. Wij verzoeken u vriendelijk doch dringend ons tijdig (uiterlijk 16 juni 2023) te bevestigen dat wij tot twintig kalenderdagen na publicatie van de Nota van Inlichtingen een kort geding aanhangig kunnen maken tegen de landelijke visie, het regionaal zorginkoopdocument en de daarbij behorende bijlagen?"

De rechtsmiddelclausule uit paragraaf 7.4 en de daarvan deel uitmakende vervaltermijn is gebaseerd op het rechtszekerheidsbeginsel. Bij de inkoopprocedure zijn de belangen van zorgaanbieders betrokken die aan de procedure deelnemen of overwegen dat te doen. Het is in aller belang dat degene die bezwaren heeft tegen een document dat bekend gemaakt is in het kader van de inkoopprocedure, tegen dat document kan opkomen als hij meent in zijn belangen te zijn getroffen. Om die reden bestaat de mogelijkheid tegen ieder document op te komen door binnen 20 dagen na bekendmaking ervan een schriftelijk bezwaar in te dienen. Het gevolg daarvan is dat de vervaltermijn geen effect heeft. Een schriftelijk bezwaar moet gemotiveerd zijn en kan worden ingediend op de door CZ zorgkantoor aangegeven wijze. Een bezwaar schorst de inkoopprocedure niet en verandert de inkoopprocedure ook niet op de door de bezwaarmaker gewenste wijze. Als een partij meent een spoedeisend belang te hebben bij een ingreep in de inkoopprocedure, dan zal die partij een kort geding moeten aanspannen. Ook dat moet binnen 20 dagen na bekendmaking van een document. De vraag is vervolgens hoe om te gaan met besluiten die een toelichting bevatten op een eerder bekend gemaakt document of die een eerder besluit wijzigen. Dit speelt in ieder geval bij de inkoopdocumenten en de daarop volgende Nota van Inlichtingen en/of een Nota van Wijziging. Indien een partij zich niet kan verenigen met het Zorginkoopdocument, dient daartegen binnen 20 dagen na bekendmaking schriftelijk bezwaar te worden gemaakt. Wie dat nalaat, verliest de mogelijkheid zijn grieven tegen het inkoopdocument aan de orde te stellen. Of er op dat moment reden is een kort geding aan te spannen, dient de betrokken partij te beoordelen aan de hand van de eis van spoedeisend belang. Als met de Nota van Inlichtingen niet tegemoetgekomen wordt aan de bezwaren, zal ook tegen de Nota van Inlichtingen bezwaar moeten worden gemaakt. Omdat met het bezwaar tegen het Zorginkoopdocument de vervaltermijn niet in werking is getreden, kunnen in dat bezwaar ook de grieven tegen het Zorginkoopdocument aan de orde worden gesteld. Als de betrokken partij een spoedeisend belang heeft, kan hij in kort geding opkomen tegen de Nota van Inlichtingen en ook in die procedure zijn grieven tegen het Zorginkoopdocument betrekken en daarmee het Zorginkoopdocument.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

"Paragraaf 7.4 van het zorginkoopdocument is zeer onduidelijk. Wij leggen deze paragraaf zo uit dat een zorgaanbieder die bezwaar heeft tegen het zorginkoopdocument deze bezwaren binnen een termijn van 20 kalenderdagen na publicatie van het zorginkoopdocument bij CZ kenbaar moet maken. Het aanhangig maken van een kort geding is niet nodig. De zorgaanbieder kan de nota van inlichtingen afwachten. Indien zijn bezwaren in de nota van inlichtingen niet worden weggenomen, kan de zorgaanbieder alsnog besluiten een kort geding aanhangig te maken. Een andere uitleg van deze paragraaf (inhoudende dat van de zorgaanbieder wordt gevraagd dat hij binnen een termijn van 20 kalenderdagen na publicatie van het zorginkoopdocument een kort geding aanhangig moet maken, op straffe van verval van recht) zou zeer disproportioneel zijn en onnodig lastenverzwarend. Tegen een dergelijke uitleg maken wij hierbij bezwaar. Wij stemmen daarmee ook niet in. Voor zover in paragraaf 7.4 van het zorginkoopdocument een dergelijke vervaltermijn zou moeten worden gelezen, is dat volstrekt onduidelijk. Het is vaste jurisprudentie dat een vervaltermijn in niet mis te verstane bewoordingen dient te zijn gesteld. Wilt u paragraaf 7.4 herschrijven, zodat daaruit duidelijk blijkt dat u zorgaanbieders niet verplicht om binnen een termijn van twintig kalenderdagen na publicatie van het zorginkoopdocument een kort geding aanhangig te maken, op straffe van verval van recht?"

De rechtsmiddelclausule uit paragraaf 7.4 en de daarvan deel uitmakende vervaltermijn is gebaseerd op het rechtszekerheidsbeginsel. Bij de inkoopprocedure zijn de belangen van zorgaanbieders betrokken die aan de procedure deelnemen of overwegen dat te doen. Het is in aller belang dat degene die bezwaren heeft tegen een document dat bekend gemaakt is in het kader van de inkoopprocedure, tegen dat document kan opkomen als hij meent in zijn belangen te zijn getroffen. Om die reden bestaat de mogelijkheid tegen ieder document op te komen door binnen 20 dagen na bekendmaking ervan een schriftelijk bezwaar in te dienen. Het gevolg daarvan is dat de vervaltermijn geen effect heeft. Een schriftelijk bezwaar moet gemotiveerd zijn en kan worden ingediend op de door CZ zorgkantoor aangegeven wijze. Een bezwaar schorst de inkoopprocedure niet en verandert de inkoopprocedure ook niet op de door de bezwaarmaker gewenste wijze. Als een partij meent een spoedeisend belang te hebben bij een ingreep in de inkoopprocedure, dan zal die partij een kort geding moeten aanspannen. Ook dat moet binnen 20 dagen na bekendmaking van een document. De vraag is vervolgens hoe om te gaan met besluiten die een toelichting bevatten op een eerder bekend gemaakt document of die een eerder besluit wijzigen. Dit speelt in ieder geval bij de inkoopdocumenten en de daarop volgende Nota van Inlichtingen en/of een Nota van Wijziging. Indien een partij zich niet kan verenigen met het Zorginkoopdocument, dient daartegen binnen 20 dagen na bekendmaking schriftelijk bezwaar te worden gemaakt. Wie dat nalaat, verliest de mogelijkheid zijn grieven tegen het Inkoopdocument aan de orde te stellen. Of er op dat moment reden is een kort geding aan te spannen, dient de betrokken partij te beoordelen aan de hand van de eis van spoedeisend belang. Als met de Nota van Inlichtingen niet tegemoetgekomen wordt aan de bezwaren, zal ook tegen de Nota van Inlichtingen bezwaar moeten worden gemaakt. Omdat met het bezwaar tegen het Zorginkoopdocument de vervaltermijn niet in werking is getreden, kunnen in dat bezwaar ook de grieven tegen het Zorginkoopdocument aan de orde worden gesteld. Als de betrokken partij een spoedeisend belang heeft, kan hij in kort geding opkomen tegen de Nota van Inlichtingen en ook in die procedure zijn grieven tegen het Zorginkoopdocument betrekken en daarmee het Zorginkoopdocument.

6.1 Het tijdpad van de inkoopprocedure

Wanneer hoor je als aanbieder of je voor de opslagen 0,1% en 0,3% in aanmerking komt?

Zie daarvoor het Tijdpad in het Inkoopdocument.

6.2 CZ Zorgkantoor hanteert de volgende uitgangspunten voor de zorginkoop

U geeft expliciet aan zorgaanbieders die nu Wlz middels PGB leveren uit te nodigen zich in te schrijven als nieuwe aanbieder bij CZ zorgkantoor. De grootste uitdaging voor een PGB-aanbieder om over te stappen naar ZIN is de liquiditeitspositie. De PGB gelden stoppen namelijk direct, terwijl de ZIN pas na enkele maanden op gang komt. Bent u bereid deze zorgaanbieders hierbij te ondersteunen middels bevoorschotting?

PGB-aanbieders die overwegen om een ZIN contract aan te gaan kunnen contact opnemen met het zorgkantoor. Het proces van overgaan naar ZIN is dan onderwerp van gesprek.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

Bestaande zorgaanbieders in de zin van ‘bestaand voor het zorgkantoor’ die een overeenkomst voor een deel van het aan 2024 voorafgaande jaar hebben gehad, komen in aanmerking voor een overeenkomst voor één jaar, onder welke voorwaarde(n) vindt verlenging plaats en is dit dan wederom voor 1 jaar of wordt het dan wel meerdere jaren?

In paragraaf 6.4. van het Zorginkoopdocument staat vermeld dat bestaande zorgaanbieders in de zin van ‘bestaand voor het zorgkantoor’ die een overeenkomst voor een deel van het aan 2024 voorafgaande jaar hebben gehad, in aanmerking komen voor een overeenkomst voor één jaar. De voorwaarden daartoe staan eveneens in hoofdstuk 6 vermeld.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

Bij een meerjarencontract is het voor het zorgkantoor mogelijk om eenzijdig 2x voor een jaar te verlengen. Wordt bij verlenging bedoeld na 3 jaar of tussentijds?

De verlengingsoptie opgenomen in de meerjarenovereenkomst (de overeenkomst 2024-2026) van 2 maal 1 jaar geldt voor jaar 4 (2027) en jaar 5 (2028). Of de overeenkomst verlengd wordt, zal o.a. afhangen van de vraag of het regionale inkoopbeleid Wlz 2024-2026 verlengd wordt.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

blz. 39 In paragraaf 6.4 is opgenomen dat het zorgkantoor de overeenkomst 2024-2026 met bestaande aanbieders eenzijdig twee keer met de periode van een jaar kan verlengen. Wordt de aanbieder betrokken tot het besluit ten aanzien van de verlenging? En op basis van welke criteria wordt al dan niet tot verlenging over gegaan?

Conform de overeenkomst in bijlage 1 betreft het een eenzijdige verlengingsmogelijkheid vanuit het zorgkantoor. De eenzijdigheid is ingegeven vanuit de zorgplicht die zorgkantoren hebben en te borgen dat voldoende zorg ingekocht blijft voor de Wlz-gerechtigden.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

Het is onduidelijk voor bestaande zorgaanbieders die in aanmerking komen voor een meerjarencontract wat dit precies inhoudt. Welke voorstel volgt hieruit voor de zorgaanbieder?

De verlengingsoptie opgenomen in de meerjarenovereenkomst (de overeenkomst 2024-2026) van 2 maal 1 jaar geldt voor jaar 4 (2027) en jaar 5 (2028). Of de overeenkomst verlengd wordt, zal o.a. afhangen van de vraag of het regionale inkoopbeleid Wlz 2024-2026 verlengd wordt.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

In het inkoopbeleid stelt u dat bestaande zorgaanbieders (in de zin van ‘bestaand voor het zorgkantoor’, die het hele aan 2024 voorafgaande jaar een overeenkomst hebben gehad) in aanmerking komen voor een overeenkomst voor drie jaar. Wij zijn van mening dat een meerjarige overeenkomst op dit moment onwenselijk is omdat de uitwerking van het WOZO-beleid nog veel onduidelijkheden kent. Wij zien het daarom mogelijk als beperkend en niet wenselijk om op dit moment een overeenkomst af te sluiten voor meerdere jaren. Kunnen wij er om die reden ook voor kiezen een eenjarige overeenkomst met het zorgkantoor af te sluiten?

Wij maken in ons beleid onderscheid tussen bestaande zorgaanbieders en nieuwe zorgaanbieders. Nieuwe zorgaanbieders kunnen alleen een eenjarig contract krijgen. Bestaande zorgaanbieders kunnen alleen een meerjarig contract krijgen. Het inkoopbeleid is voor meerdere jaren vastgesteld. Daar wijken wij niet van af, waardoor u als bestaande zorgaanbieder niet kunt kiezen voor een eenjarig contract. Deze keuze hangt samen met onze zorgplicht en de continuïteit van zorg voor Wlz-cliënten.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

In hoeverre kan een een bestaande zorgaanbieder (bestaand voor het zorgkantoor) er voor kiezen om een 1 jarig contract af te sluiten?

Wij maken in ons beleid onderscheid tussen bestaande zorgaanbieders en nieuwe zorgaanbieders. Nieuwe zorgaanbieders kunnen alleen een eenjarig contract krijgen. Bestaande zorgaanbieders kunnen alleen een meerjarig contract krijgen. Het inkoopbeleid is voor meerdere jaren vastgesteld. Daar wijken wij niet van af, waardoor u als bestaande zorgaanbieder niet kunt kiezen voor een eenjarig contract. Deze keuze hangt samen met onze zorgplicht en de continuïteit van zorg voor Wlz-cliënten.

6.4 Welke overenkomsten sluiten wij met zorgaanbieders?

U geeft aan dat de volgende bepaling geldt: Indien de overeenkomst in de loop van de contractperiode aanpassingen kent, zijn deze onverkort van toepassing en zorgaanbieders moeten dan ook aan de dan geldende voorwaarden voldoen. Kunt u een voorbeeld geven van een dergelijke aanpassing? Hoe zorgt u ervoor dat zorgaanbieders tijdig over genoemde aanpassingen geïnformeerd worden? Welke gelegenheid en termijn geeft u zorgaanbieders, zodat zij op een wijze die passend is in de samenwerking met CZ zorgkantoor aan de dan geldende voorwaarden kunnen voldoen?

Aanpassingen van de overeenkomst kunnen noodzakelijk zijn vanwege gewijzigde wet- en regelgeving. Aangepaste documenten worden gepubliceerd waarbij de mogelijkheid open staat om daar bezwaar op te maken.

6.5 Wat moet u doen voor een Wlz-overeenkomst

Na goedkeuring van inschrijving 2024 krijgt een bestaande zorgaanbieder een overeenkomst voor 3 jaar (2024-2026). Waarom moet er dan voor 2025 en 2026 alsnog opnieuw ingeschreven worden? Er is dan toch al een overeenkomst gesloten voor die jaren? Wat voegt het anders toe om een meerjarige overeenkomst met elkaar te sluiten. In het kader van zo min mogelijk onnodige administratieve lasten.

Alle gecontracteerd zorgaanbieders moeten in 2025 en 2026 opnieuw inschrijven door middel van de inschrijvingsverklaring. Dit om instemming te geven met de eventueel gewijzigde onderdelen van het zorginkoopbeleid in 2025 en 2026. maar ook om aan te geven of er binnen de organisatie wijzigingen hebben plaatsgevnden die van belang zijn voor de contractering.

6.8 Welke documentatie is nodig bij de inschrijving van nieuwe zorgaanbieders

Kan er een overzicht worden opgesteld met daarin de in te dienen documenten voor bestaande aanbieders

Wij verwijzen u hiervoor naar de informatie in paragraaf 6.5 van het Inkoopdocument.

6.9 Wat vragen wij van nieuwe zorgaanbieders

Gevraagd wordt om het ondernemingsplan. Ihkv administratieve lasten verminderingen kan dit niet samengevoegd worden in het strategisch meerjaren plan?

Nieuwe zorgaanbieders wordt gevraagd om het ondernemingsplan in te dienen. Voor bestaande zorgaanbieders geldt dat in principe niet, tenzij u in andere regio's zorg wilt gaan verlenen. Voor de exacte voorwaarden verwijzen wij u naar hetgeen is beschreven in paragraaf 6.5 van het Zorginkoopdocument.