Regionale vragen op landelijke documenten
Inschrijvingsverklaringen |
Bijlage 5a (V&V) |
Bij vraag 2 wordt 2x uitgevraagd welke nieuwe technologie geïmplementeerd gaat worden. Als we in aanmerking willen komen voor de prijsopslag, moet er dan 2x dezelfde technologie ingevuld worden? |
Nee, van iedere gecontracteerde zorgaanbieder verwachten wij in 2024, 2025 c.q. 2026 dat deze minimaal één nieuwe technologie implementeert zonder dat daar een opslag voor wordt gegeven. Een opslag wordt pas toegekend als de zorgaanbieder in het betreffende jaar daarnaast nog een tweede technologie implementeert. Hierbij wordt afzonderlijk naar intramurale zorg en extramurale zorg gekeken. |
Inschrijvingsverklaringen |
Bijlage 5a (V&V) |
bij vraag 3 missen we de optie dat je niet in aanmerking wilt komen voor de prijsopslag, is het een verplichting om ofwel een freeproposal in te dienen ofwel een integraal strategisch (verander)plan? |
Nee, indien u niet in aanmerking wilt komen voor een prijsopslag of Free proposal hoeft u deze keuzemogelijkheden niet aan te vinken. Door deze keuzemogelijkheden niet aan te vinken komt u niet in aanmerking voor een prijsopslag of Free proposal. |
Inschrijvingsverklaringen |
Bijlage 5a (V&V) |
Geldt de inschrijvingsverklaring ook voor aanbieders met een reeds lopende meerjarenovereenkomst? |
Ja, dat klopt. |
Inschrijvingsverklaringen |
Bijlage 5a (V&V) |
In de inschrijvingsverklaring is het voor aanbieders met een lopende vijfjaarsovereeenkomst onduidelijk hoe de vragen 2 t/m 5 ingevuld moeten worden. Kunt u bij deze vragen een bullit toevoegen lopende 5 jaarsovereenkomst? Zo nee waarom niet? |
In de inschrijvingsverklaring is tekstueel het volgende toegevoegd 'aanvinken indien van toepassing' |
Inschrijvingsverklaringen |
Bijlage 5a (V&V) |
Indien het antwoord op vraag in ja is; Is het mogelijk de vraagstelling hierop aan te passen, zodat alleen de relevante vragen voor reeds lopende meerjarenovereenkomsten beantwoordt hoeven te worden? |
In de inschrijvingsverklaring is tekstueel het volgende toegevoegd 'aanvinken indien van toepassing' |
ZN_Bijlage_1_Overeenkomst_Wlz_2024___2026 |
Hoofdstuk 1 levering van zorg |
Betreft artikel 5 klantenstop. Gesteld wordt tijdig in overleg te treden met het zorgkantoor m.b.t. een klantenstop, alsmede schriftelijk hierover te informeren. Voor de CZ zorgkantoor regio worden voor VG3 en VG4 geen reële tarieven geboden voor de huisvesting. Zorgaanbieder heeft bezwaar tegen dit artikel. Waarom vraagt het zorgkantoor melding te maken van niet te leveren prestaties als de tarieven niet reëel en kostendekkend zijn? |
De mening dat de tarieven niet kostendekkend zijn is geen reden voor het invoeren van een klantenstop. De individuele cliënt mag hiervan niet de dupe woden. Heeft de gehanteerde tariefsystematiek een voor uw organisatie onvoorzien en onredelijk benadelend gevolg, dan is er in uitzonderlijke gevallen de mogelijkheid voor individuele aanbieders om een beroep te doen op de hardheidsclausule. |
ZN_Bijlage_1_Overeenkomst_Wlz_2024___2026 |
Hoofstuk 3: Overige bepalingen |
Eigenlijk H4 Transitiemiddelen (regionaal stimuleringsbudget en Scheiden wonen en zorg) 2024-2026, maar die kan ik niet kiezen uit de lijst, artikel 7.1 Definities lid 4; betekent dit dat je je aanvraag voor deze middelen doet via het Integraal Strategisch (verander) plan? |
Inderdaad,de aanvraag voor de Transitiemiddelen gaat via het Integraal Strategisch (verander)plan, mits daar voldoende informatie te vinden is om tot concrete afspraken te komen. |
ZN_Bijlage_1_Overeenkomst_Wlz_2024___2026 |
DEEL I.B: ZORGAANBIEDERGEBONDEN AFSPRAKEN |
in hoeverre is het mogelijk om afspraken te maken over de termijn waarop een integraal strategisch (veranderplan) wordt ingediend? |
Wij hebben het integraal strategisch (verander)plan nodig voor de beoordeling of uw organisatie in aanmerking komt voor een tariefsopslag. De administratieve last willen voor u echter niet onnodig hoog maken. In uitzonderlijke situaties is het daarom mogelijk om het oude integraal strategisch (verander)plan toe te sturen en daarbij aan te geven óf en op welke punten verwacht wordt dat dit plan fors zal wijzigen. Dit gaat altijd in overleg met uw zorginkoper. Tevens wordt dan afgesproken wanneer het aangepaste integraal strategisch (verander)plan wel aangeleverd kan worden. |
ZN_Bijlage_1_Overeenkomst_Wlz_2024___2026 |
DEEL II: REGIOGEBONDEN DEEL |
Klopt het dat heel hoofdstuk 4 niet van toepassing is voor de aanbieders die inschrijven in de sector GGZ? |
Ja, dat klopt. |
ZN_Bijlage_1_Overeenkomst_Wlz_2024___2026 |
DEEL I: ZORGAANBIEDERGEBONDEN DEEL |
Wat wordt er jaarlijks aangepast bij een 3-jarige overeenkomst? Wordt tariefpercentage jaarlijks aangepast obv actuele kosten ontwikkelingen? Indien dit niet het geval is, dan maken we hier tegen bezwaar. |
Het richttariefpercentage is vastgesteld voor de periode van de overeenkomst. Op- en afslagen op het richttaroefpercentage worden jaarlijks vastgesteld op basis van de uitgangspunten zoals beschreven in het Zorginkoopdocument. |
ZN_Bijlage_3A_Bestuursverklaring_2024 |
Bijlage 2: Onderaannemerschap |
Interpreteren wij het correct dat vanaf 2024 alle mondzorgprofessionals/-praktijken die mondzorg leveren bij een Wlz-instelling opgenomen dienen te worden in de opgave van onderaannemers? |
Ja, dat interpreteert u correct. In alle gevallen waar mondzorgprofessionals door de Wlz-instelling/-zorgaanbieder worden ingezet en niet in loondienst zijn van de Wlz-instelling/-zorgaanbieder, moeten ze als onderaannemers gemeld worden. |
ZN_Bijlage_7_Onderbouwing_richttariefpercentages_Wlz |
3. Het richttariefpercentage per sector |
Gezien de personele krapte is een adequate honorering van medewerkers belangrijker dan ooit. Een marktconforme beloning is noodzakelijk om personeel te werven en te behouden. Aangezien de salariering van de commerciele sector maar ook de collega sectoren in de zorg (ziekenhuisen/GGZ) forse CAO stijgingen afspreken is dat voor de sector VVT ook onvermijdbaar. De verwachting is dat de CAO stijging de OVA flink gaat overschrijden. Is CZ bereid deze overschrijding te compenseren in de tarieven? zo nee waarom niet? |
"Wij delen het belang van het behoud van zorgpersoneel bij de zorgaanbieders. Doordat het richttariefpercentage wordt afgezet tegen de maximum NZa tarieven en de NZa de maximumtarieven jaarlijks corrigeert voor kostenontwikkelingen en eventuele andere zaken, volgt het richttarief automatisch de kostenontwikkelingen in de zorg, in lijn met het beleid van de NZa. De tariefsystematiek bestaat uit drie delen: 1. De landelijke richttariefpercentages, 2. zorgkantoor-specifiek beleid voor regionale aanpassingen en 3. de hardheidclausule. Met deze systematiek verwachten zorgkantoren tot passende tariefafspraken te komen. Het richttariefpercentage is het onderliggende uitgangspunt voor de tariefbepaling. In de regionale inkoopstukken van de zorgkantoren staat vermeld hoe het beleid voor regionale aanpassingen is vorm gegeven. Als blijkt dat voor een individuele zorgaanbieder het tarief niet toereikend is kan een zorgaanbieder een beroep doen op de hardheidsclausule opgenomen in het zorginkoopbeleid. De toekenning van de hardheidsclausule moet in beginsel passen binnen het macrokader en de maximumtarieven." |
ZN_Bijlage_7_Onderbouwing_richttariefpercentages_Wlz |
3. Het richttariefpercentage per sector |
Het basistariefpercentage is afgeleid van het landelijk vastgestelde richtingspercentage. Deze zijn gebaseerd op kosten 2021. In 2022 en 2023 zijn de kosten echter aanzienlijk gestegen en is het maar de vraag of de stelregel van tarief is kostendekkend voor 75% van de zorgaanbieders nog valide is. Hoewel de NZA tarieven nog niet vastgesteld zijn, is de verwachting obv van de verwachten kosten in 2024 dat de geboden CZ tarieven niet kostendekkend zullen zijn. Hoe draagt CZ zorg voor een kostendekkend tarief voor 2024? Wij maken bezwaar tegen het niet kostendekkend zijn van de tarieven. |
"CZ sluit aan bij het landelijke richttariefpercentrage van 95,5% voor de sector VV. Dit percentage is landelijk bepaald op het niveau waarbij het tarief voor 75% van de zorgaanbieders in Nederland kostendekkend (inclusief resultaat) voor de Wlz is. Doordat het richttariefpercentage wordt afgezet tegen de maximum NZa tarieven en de NZa de maximumtarieven jaarlijks corrigeert voor kostenontwikkelingen en eventuele andere zaken, volgt het richttarief automatisch de kostenontwikkelingen in de zorg, in lijn met het beleid van de NZa. De tariefsystematiek bestaat uit drie delen: 1. De landelijke richttariefpercentages, 2. zorgkantoor-specifiek beleid voor regionale aanpassingen en 3. de hardheidclausule. Met deze systematiek verwachten zorgkantoren tot passende tariefafspraken te komen. Het richttariefpercentage is het onderliggende uitgangspunt voor de tariefbepaling. In de regionale inkoopstukken van de zorgkantoren staat vermeld hoe het beleid voor regionale aanpassingen is vorm gegeven. Als blijkt dat voor een individuele zorgaanbieder het tarief niet toereikend is kan een zorgaanbieder een beroep doen op de hardheidsclausule opgenomen in het zorginkoopbeleid. De toekenning van de hardheidsclausule moet in beginsel passen binnen het macrokader en de maximumtarieven." |
ZN_Visie_op_duurzame_toegang_tot_langdurige_zorg |
5.3 Verduurzaming |
In de Visie (pagina 32) staat over verduurzaming ‘We focussen op de verduurzamingsinitiatieven met de meeste impact; de top 3-5 uit de uitvoeringsplannen van de branches (ActiZ, VGN en de Nederlandse ggz).’ Met deze passage gaan wij ervanuit dat zorgkantoren niet op andere thema’s dan de top 3-5 gaan stimuleren en/of verplichten. Kunt u dat bevestigen? Zo nee, waarom wijkt u af van de visie van ZN? |
We volgen de landelijke afspraken en hebben geen aanvullende eisen opgenomen over verduurzaming. |
ZN_Visie_op_duurzame_toegang_tot_langdurige_zorg |
5.1 Innovatie |
In dit document wordt gesproken over technologische innovaties en bewezen sociale en organisatorische innovaties. Waarom noemt CZ continue arbeidsbeparende technologie? Dat is iets heel anders dan de visie van ZN. |
CZ zorgkantoor volgt de ZN visie betreffende technologische innovaties en bewezen sociale en organisatorische innovaties. CZ zorgkantoor wil hierbij echter de focus leggen op arbeidsbesparing. Daarom wordt in het inkoopdocument van CZ zorgkantoor gesproken over arbeidsbesparende technologie. |
ZN_Visie_op_duurzame_toegang_tot_langdurige_zorg |
3 Rol van zorgkantoren |
Op pagina 12 staat niets geschreven over hoe zorgkantoren met de zorgverzekeraars samenwerken. Wat kunnen wij als zorgaanbieder verwachten van de samenwerking tussen CZ zorgkantoor en de zorgverzekeraars, bijvoorbeeld ten aanzien van de contractering van wijkverpleging en huisartsenzorg? |
Daar waar het mogelijk is en nodig, zoekt CZ zorgkantoor de samenwerking met de zorgverzekeraars. |
ZN_Visie_op_duurzame_toegang_tot_langdurige_zorg |
5.1 Innovatie |
U schrijft in de visie met betrekking tot innovatie dat zorgkantoren een overzicht gaan genereren van thema’s met bijbehorende bewezen innovaties. Op dit moment bestaan er verschillende ‘overzichten’ in de sector, bijvoorbeeld vanuit Vilans en vanuit het Kenniscentrum Digitale Zorg. Kunt u toelichten op welke wijze en wanneer u helderheid gaat verschaffen over het overzicht dat zorgkantoren gaan genereren? |
Het Kenniscentrum digitale zorg bevat kennis en ervaring rondom digitale toepassingen in de zorg. De komende jaren wordt dit aanbod verder uitgebreid en werken we graag samen met zorgaanbieders en ontwikkelaars om de lijst verder uit te breiden. Het streven van de zorgkantoren is om op 1-1-2024 een bruikbare landelijke lijst te hebben met digitale toepassingen in de langdurige zorg, gespecificeerd naar inzetbaarheid per sector. |